Sony Xperia Z5 Dual - Het apparaat automatisch ontgrendelen

background image

Het apparaat automatisch ontgrendelen

De functie Smart Lock is mogelijk niet in alle markten, landen of regio's beschikbaar.

Met de functie Smart Lock kunt u het apparaat eenvoudiger ontgrendelen, doordat u

kunt instellen dat het apparaat in bepaalde situaties automatisch wordt ontgrendeld. U

kunt het apparaat ontgrendeld houden als het bijvoorbeeld is verbonden met een

Bluetooth®-apparaat of als u het met u meedraagt.
Via de volgende instellingen van Smart Lock kunt u instellen dat het apparaat

ontgrendeld blijft:

Vertrouwd gezicht: ontgrendel het apparaat door ernaar te kijken.

Vertrouwde stem: stel spraakherkenning in om in schermen te zoeken.

Vertrouwde apparaten: houd het apparaat ontgrendeld als een vertrouwd Bluetooth®-

of NFC-apparaat is verbonden.

Vertrouwde plaatsen: houd het apparaat ontgrendeld als u zich op een vertrouwde

locatie bevindt.

Lichaamsdetectie: houd het apparaat ontgrendeld als u het bij u draagt.
U moet u het apparaat handmatig ontgrendelen als u het gedurende vier uur niet hebt

gebruikt of als u het opnieuw hebt opgestart.

De functie Smart Lock is ontwikkeld door Google™ en de precieze functionaliteit kan

veranderen vanwege updates van de kant van Google™.

15

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

Smart Lock inschakelen

1

Stel een patroon, PIN of wachtwoord in als schermvergrendeling als u dit nog niet

hebt gedaan.

2

Tik in het

Startscherm op .

3

Ga naar en tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Trust-

agents.

4

Tik op de schuifregelaar

Smart Lock (Google) om de functie in te schakelen.

5

Tik op de pijl-terug naast

Trust-agents.

6

Tik vervolgens op

Smart Lock.

7

Voer uw patroon, PIN of wachtwoord in. Telkens als u de Smart Lock-instellingen

wilt wijzigen, moeten deze referenties worden ingevoerd.

8

Selecteer een Smart Lock-type.

Vertrouwd gezicht instellen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart

Lock > Vertrouwd gezicht.

3

Tik op

INSTELLEN > VOLGENDE en volg de instructies op uw apparaat.

Vertrouwde stem instellen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock >

Vertrouwde stem.

3

Volg de instructie op uw apparaat.

Het apparaat ontgrendeld houden terwijl u het bij u draagt

Met de functie Lichaamsdetectie blijft het apparaat ontgrendeld als u het meeneemt in

uw hand, broekzak of tas. Als de versnellingsmeter van het apparaat detecteert dat het

toestel wordt meegenomen, blijft het ontgrendeld. Het apparaat wordt vergrendeld als de

versnellingsmeter merkt dat het apparaat wordt neergelegd.
Let op de volgende acties als u de functie Lichaamdetectie gebruikt:

Telkens wanneer u het apparaat neerlegt en het apparaat detecteert dat het niet meer

wordt meegedragen, wordt het apparaat automatisch vergrendeld.

Het kan een minuut duren voordat het wordt vergrendeld.

Als u in een auto, bus, trein of ander voertuig stapt, kan het vijf tot tien minuten duren

voordat het apparaat wordt vergrendeld.

Let op dat als u aan boord van een vliegtuig of boot gaat (of een ander niet-landvoertuig),

het apparaat wellicht niet automatisch wordt vergrendeld. Indien nodig vergrendelt u het

apparaat handmatig.

Als u het apparaat weer oppakt of uit het voertuig stapt, ontgrendelt u het apparaat en

vervolgens blijft het ontgrendeld zolang u het bij u draagt.

De functie Lichaamsdetectie kan niet onderscheiden wie het apparaat heeft opgepakt. Als u

uw apparaat aan iemand anders geeft terwijl het is ontgrendeld met Lichaamsdetectie, blijft het

apparaat bij de andere gebruiker ontgrendeld. Vergeet niet dat Lichaamsdetectie als

beveiligingsfunctie minder veilig is dan een patroon, pincode of wachtwoord.

Lichaamdetectie in- of uitschakelen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock >

Lichaamsdetectie.

3

Tik op de schuifregelaar om de functie in te schakelen en tik vervolgens op

DOORGAAN. Tik op de schuifregelaar naast Aan om de functie uit te schakelen.

Verbinding maken met vertrouwde apparaten

U kunt een verbonden apparaat aanmerken als een vertrouwd apparaat. Uw Xperia™-

apparaat blijft dan ontgrendeld terwijl het met het andere apparaat is verbonden. Als u

regelmatig verbinding maakt met bepaald Bluetooth®- of NFC-apparaat, bijvoorbeeld

met een thuisbioscoop of fitnesstracker, kunt u dit apparaat toevoegen als een vertrouwd

16

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

apparaat en de extra beveiliging van het vergrendelingsscherm omzeilen om tijd te

sparen. Deze functie is met name handig als u deze apparaten normaal gesproken op

een relatief veilige plek gebruikt. In bepaalde gevallen moet u het apparaat toch

handmatig ontgrendelen voordat een vertrouwd apparaat kan worden aangesloten.

Het wordt niet aanbevolen apparaten die onafgebroken verbonden zijn met het apparaat, zoals

Bluetooth®-toetsenborden of -hoezen, aan te merken als vertrouwde apparaten.

Zodra een vertrouwd apparaat wordt uitgeschakeld of buiten bereik raakt, wordt het scherm

vergrendeld en dient u een pincode, patroon of wachtwoord in te voeren om het te

ontgrendelen.

Een vertrouwd Bluetooth®-apparaat toevoegen

1

Zorg dat het apparaat is gekoppeld en verbonden met het Bluetooth®-apparaat

dat u wilt toevoegen als vertrouwd apparaat.

2

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock.

3

Tik in het menu Smart Lock op

Vertrouwde apparaten > VERTROUWD

APPARAAT TOEVOEGENBluetooth

4

Tik op een apparaatnaam om dit apparaat uit de lijst met verbonden en

gekoppelde apparaten te selecteren en tik vervolgens op

JA, TOEVOEGEN.

5

Afhankelijk van de beveiliging van de verbinding moet u het apparaat eventueel

handmatig ontgrendelen voordat het vertrouwde apparaat dit kan ontgrendelen.

Een vertrouwd Bluetooth®-apparaat verwijderen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart

Lock > Vertrouwde apparaten.

3

Tik op het apparaat dat u wilt verwijderen.

4

Tik op

Vertrouwd apparaat verwijderen.

Een vertrouwd NFC-apparaat toevoegen

1

Zorg dat het apparaat is gekoppeld en verbonden met het Bluetooth®-apparaat

dat u wilt toevoegen als vertrouwd apparaat.

2

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock.

3

Tik op

Vertrouwde apparaten > VERTROUWD APPARAAT TOEVOEGEN >

NFC.

4

Volg de instructies op het scherm.

Zorgen dat u veilig bent bij het gebruik van vertrouwde apparaten

Verschillende Bluetooth®-apparaten ondersteunen verschillende Bluetooth®-

standaarden en beveiligingsmogelijkheden. De mogelijkheid bestaat dat iemand uw

Xperia™-apparaat ontgrendeld houdt door uw Bluetooth®-verbinding te imiteren, zelfs

als het vertrouwde apparaat niet meer in de buurt is. Het apparaat kan niet altijd bepalen

of een verbinding beveiligd is tegen imitatie.
Als het apparaat niet kan bepalen of u een beveiligde verbinding gebruikt, verschijnt op

het Xperia™-apparaat een melding en moet u het eventueel handmatig ontgrendelen,

voordat het vertrouwde apparaat het ontgrendeld kan houden.

Het verbindingsbereik van Bluetooth® is afhankelijk van factoren als het apparaatmodel, het

verbonden Bluetooth®-apparaat en de omgeving. Afhankelijk van deze factoren kunnen

Bluetooth®-verbindingen functioneren over een afstand van wel honderd meter.

Verbinding maken met vertrouwde plaatsen

Als de functie Vertrouwde plaatsen is ingesteld, wordt de beveiliging van het

vergrendelingsscherm op het Xperia™-apparaat uitgeschakeld als u zich in een

aangewezen vertrouwde locatie bevindt. Deze functie werkt alleen als u een

internetverbinding hebt (bij voorkeur via Wi-Fi) en het apparaat toestemming heeft uw

actuele locatie te gebruiken.

17

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

U stelt vertrouwde plaatsen in door eerst te controleren of op het apparaat de

locatiemodus Hoge nauwkeurigheid of de locatiemodus Energiebesparing is

ingeschakeld. Vervolgens voegt u de thuislocatie of andere locaties toe.

De exacte afmetingen van een vertrouwde locatie worden geschat en kunnen buiten de fysieke

grenzen van uw huis liggen, of ander gebieden die zijn toegevoegd als vertrouwde locaties.

Met deze functie blijft uw apparaat ontgrendeld binnen een straal van tachtig meter. Houd er

rekening mee dat locatiesignalen kunnen worden gerepliceerd of gemanipuleerd. Iemand met

toegang tot speciale apparatuur kan uw apparaat ontgrendelen.

Uw thuislocatie toevoegen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Locatie en tik vervolgens op de schuifregelaar om

de locatieservices in te schakelen.

3

Tik op

Modus en kies de locatiemodus met Grote nauwkeurigheid of

Accubesparing.

4

Tik in het

Startscherm op .

5

Tik vervolgens op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart

Lock >Vertrouwde plaatsen > Startscherm.

6

Voer de gewenste locatie in door het adres in te voeren op de zoekbalk. De

ingevoerde locatie wordt gezocht.

Uw thuislocatie bewerken

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Locatie en tik vervolgens op de schuifregelaar om

de locatieservices in te schakelen.

3

Tik op

Modus en kies de locatiemodus met Grote nauwkeurigheid of

Accubesparing.

4

Tik in het

Startscherm op .

5

Ga naar en tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart

Lock > Vertrouwde plaatsen.

6

Selecteer uw thuislocatie.

7

Tik op

Bewerken.

8

Voer in de zoekbalk de locatie in die u als thuislocatie wilt gebruiken.

Als er andere woningen hetzelfde adres hebben, voegt u de daadwerkelijke locatie van uw

woning binnen het gebouwencomplex toe als een aangepaste plaats.

Uw thuislocatie verwijderen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Tik vervolgens op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart

Lock >Vertrouwde plaatsen > Startscherm.

3

Tik op

Bewerken > .

Aangepaste locaties gebruiken

U kunt elke locatie toevoegen als een vertrouwde, aangepaste plaats waar het apparaat

ontgrendeld kan blijven.

18

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

Een aangepaste plaats toevoegen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Locatie en tik vervolgens op de schuifregelaar om

de locatieservices in te schakelen.

3

Tik op

Modus en kies de locatiemodus met Grote nauwkeurigheid of

Accubesparing.

4

Tik in het

Startscherm op .

5

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock >

Vertrouwde plaatsen.

6

Tik op

Vertrouwde plaats toevoegen.

7

Tik op

Deze locatie selecteren om de huidige locatie te gebruiken als een

aangepaste plaats.

8

U kunt ook een andere locatie invoeren, op tikken en het adres invoeren. De

ingevoerde locatie wordt gezocht. Tik op het voorgestelde adres als u dit wilt

gebruiken.

9

U stelt de locatie nauwkeurig in door op de pijl-terug naast het adres te tikken.

Sleep vervolgens de locatienaald naar de gewenste locatie en tik op

Deze locatie

selecteren.

Een aangepaste plaats bewerken

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Locatie en tik vervolgens op de schuifregelaar om

de locatieservices in te schakelen.

3

Tik op

Modus en kies de locatiemodus met Grote nauwkeurigheid of

Accubesparing.

4

Tik in het

Startscherm op .

5

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock >

Vertrouwde plaatsen.

6

Tik op de plaats die u wilt bewerken.

7

Tik op

Adres bewerken.

8

Voer een andere locatie in door op te tikken en het adres in te voeren. De

ingevoerde locatie wordt gezocht. Tik op het voorgestelde adres als u dit wilt

gebruiken.

9

U stelt de locatie nauwkeurig in door op de pijl-terug naast het adres te tikken.

Sleep vervolgens de locatienaald naar de gewenste locatie en tik op

Deze locatie

selecteren.

Een aangepaste plaats verwijderen

1

Tik in het

Startscherm op .

2

Ga naar en tik op

Instellingen > Locatie en tik vervolgens op de schuifregelaar om

de locatieservices in te schakelen.

3

Tik op

Modus en kies de locatiemodus met Grote nauwkeurigheid of

Accubesparing.

4

Tik in het

Startscherm op .

5

Tik op

Instellingen > Vergrendelingsscherm & beveiliging > Smart Lock >

Vertrouwde plaatsen.

6

Selecteer de plek die u wilt verwijderen.

7

Tik op

Verwijderen.